Wat kan de voedingsindustrie leren van de coronacrisis?

8 november 2020 Jurgen Elenbaas

De Technische Unie verzorgde begin september een webinar over de lessen die de voedselindustrie kan leren van COVID-19. De Technische Unie is de grootste Nederlandse groothandel voor de industrie op het gebied van Maintenance, Repair en Overhaul (MRO) en Original Equipment Manufacturing (OER).

Wouter Burggraaf, de eigenaar van adviesbureau Burggraaf & Partners, is expert op het gebied van hygiënisch ontwerp en leidde de kijkers gedetailleerd en uitgebreid door de lessen die de voedingsindustrie kan trekken uit de COVID-pandemie. Hoewel duidelijk is dat het virus zich niet via voedsel kan verspreiden, is het van belang om op de hoogte te blijven van de meest effectieve maatregelen tegen het virus voor de gezondheid van de medewerkers. Bovendien blijkt dat de coronapandemie ons wijst op verbeterpunten in de industrie.

Mondmaskers

Het coronavirus verspreidt zich op drie manieren, namelijk via direct contact, grote waterdruppels en aerosolen. De eerste twee verspreidingswijzen zijn relatief makkelijk aan te pakken. De verspreiding via aerosolen is lastiger op te lossen en wijst volgens Burggraaf op een probleem dat ook voor corona al in de industrie bestond.

mondneusmasker

We kunnen verspreiding via direct contact voorkomen als we goed en regelmatig onze handen wassen. Burggraaf: “De bewustwording bij mensen is een van de mooiste dingen die we overhouden aan COVID, bijvoorbeeld het belang van handen wassen.” Als mensen praten, verspreiden ze relatief grote druppels water, mogelijk met het virus. Deze druppels bevatten veel virusdeeltjes, dus dit is een sterk besmettelijke vorm van overdacht. De waterdruppels zijn relatief zwaar en vallen dus snel, binnen een halve meter. Vandaar dat de anderhalvemeterregels heel goed helpen. Alleen als mensen hoesten, kunnen ze druppels tot wel acht meter verspreiden. Als extra maatregel kunnen mondneusmaskers veel bijdragen. “De mondmaskers die artsen gebruiken, van het type SM I, II, III houden respectievelijk 95, 98 en 99 procent van de virusdeeltjes tegen. Die maskers hebben een grofheid van 3 micrometer. Het coronavirus is 0,1 micrometer en kan dus door de maskers heenkomen. Toch zijn de medische maskers effectief. Burggraaf: “Het masker houdt de meeste grote druppels tegen die iemand kan verspreiden. In de industrie zijn we gewend om maskers te dragen om te voorkomen dat we gevaarlijke deeltjes binnenkrijgen. In het geval van virussen dragen we het masker vooral voor de gezondheid van anderen. Als we daar wat meer op inzetten, zal de acceptatie sterk verbeteren. Industriële maskers zijn vaak nog beter dan de maskers die ze in ziekenhuizen gebruiken. De maskers van het type FFP1, FFP2 en FFP3 hebben een poriegrootte tot 0,1 micrometer en houden respectievelijk 80, 94 en 99 procent van de virusdeeltjes tegen. Er komen altijd een paar deeltjes langs de maskers, dus 100 procent garantie bieden de maskers niet. Ze dragen echter wel bij aan het onder controle houden van het virus.”

Aerosolen

Het virus kan zich ook verspreiden via aerosolen. Dit is een mengsel van stofdeeltjes of waterdruppels in een gas. Aerosolen kunnen zelfstandig in de lucht blijven hangen; rook en mist zijn hier alledaagse voorbeelden van. De concentratie virusdeeltjes in aerosolen is minder hoog dan in grote druppels. Burggraaf: “Als je even door een ruimte met besmette aerosolen loopt, gebeurt er weinig. Als je echter langer in die ruimte bent, zoals een kantoor of fabriek, komen er toch veel deeltjes in je longen.” Burggraaf beschrijft twee manieren om met deze uitdaging om te gaan, namelijk ventilatie en filtratie van de lucht. Voor bepaalde industriële omstandigheden kan een combinatie van beide veel opleveren.
De grootschalige besmetting bij vleesverwerker Tönnies is een goed voorbeeld van het gevaar. In een fabriek werden 1.400 van de 6.000 medewerkers ziek. Onder de specifieke omstandigheden die in die fabriek golden, namelijk een temperatuur van 2 tot 5 graden Celsius en een relatieve luchtvochtigheid tussen de 60 en 90 procent, was het virus overdraagbaar tot op 8 meter afstand.

Burggraaf benoemt een aantal technieken die gebruikelijk zijn om lucht te filteren. Helaas bieden ze niet allemaal een oplossing voor de verspreiding van het coronavirus.
- F7/ G5 filters houden geen virussen tegen.
- Foto-katalytische oxidatie werkt goed op oppervlakten. Het is echter geen oplossing om virusdeeltjes in de lucht te bestrijden.
- Luchtionisatie zorgt ervoor dat fijne deeltjes samenkomen. Deze samengeklonterde deeltjes vallen neer. Burggraaf: “Dit systeem werkt, maar produceert tegelijkertijd ozon. Dit maakt het systeem niet voor alle situaties toepasbaar. Het is namelijk mogelijk dat de hoeveelheid ozon zo hoog oploopt dat ze niet alleen de micro-organismen doden, maar ook het macro-organisme aantasten. Dat zijn wij dus.”
- HEPA-filters houden 95 % van de virussen tegen. Burggraaf: “HEPA-filters werken goed, maar bieden geen zekerheid. Als ze iets vochtig worden, kunnen bacteriën en virussen door het filter heen komen. We waren al langer op zoek naar betere mogelijkheden om virussen in lucht tegen te houden.
- Sani-mist is een techniek in ontwikkeling. Burggraaf noemt haar veelbelovend: “De methode zou in één mistwolk alles afdoden. Dat is voor bijvoorbeeld slachterijen ideaal.”

UV-C-desinfectietechniek

Volgens Burggraaf biedt de UV-C-desinfectie-techniek de meeste mogelijkheden voor de levensmiddelenindustrie. Met deze techniek wordt UV-licht ingezet om de erfelijke informatie van ziekteverwekkers kapot te maken: “UV-C kennen we al een tijdje, maar er waren al leuke ontwikkelingen gaande en door de coronacrisis zijn die in een versnelling geraakt. UVPE had tot maar 97 % rendement. Toen vond er een doorbraak plaats. In een lichtbak bestonden plaatsen waar de UV-stralingen elkaar tegenkwamen en ophieven. Nu zijn er op zo’n manier spiegels in de bak geplaatst, dat die opheffing niet plaatsvindt en het rendement 100 % is in een ‘single pass’. Recente onderzoeken tonen aan dat een log-reductie van 8 mogelijk is voor RNA-virussen, van 6 voor bacteriën en van 4 voor schimmelsporen. Dat wil zeggen dat 1 op de 100 miljoen RNA-virussen deze techniek overleeft, 1 op de miljoen bacteriën en 1 op de tienduizend schimmelsporen.

handen wassen

Ventilatie

Een tweede mogelijkheid om het coronavirus te bestrijden, is afdoende ventilatie. Als er in een ruimte geen ventilatie is, blijven virusdeeltjes in aerosolen onbeperkt hangen. Dit kan voor besmettingen zorgen. Als de aerosolen zich verspreiden, of verdunnen in veel lucht, is dit risico veel minder. Dat is de reden dat er omtrent het coronavirus in de buitenlucht andere regels gelden dan binnen. Binnen is die verdunning ook mogelijk, namelijk met goede ventilatie. Het RIVM geeft als advies dat een ventilatie van 30 m3 lucht per uur per persoon voldoende is. Burggraaf legt uit dat bedrijven dan wel op een intelligente manier moeten omgaan met de ventilatie: “Als je lucht in het plafond inbrengt en weer boven uitzuigt, blijven er nog veel aerosolen hangen op bepaalde stukken. We moeten gericht gaan blazen, van de ene kant van de ruimte naar de andere. Dat levert al grote verbetering op. Dit geldt niet alleen voor het coronavirus, maar allerlei ziekteverwekkers.”

Grote kansen

Burggraaf stelt dat de hygiëne van lucht al langer een probleem was en dat de coronacrisis daar extra aandacht aan gaf. Burggraaf: “We hebben in de levensmiddelenindustrie een probleem om op te lossen. Ik kom nog regelmatig vervuilde ventilatiesystemen tegen, omdat men op de verkeerde manier handelt. Denk aan schoonmaakploegen die onbewust veel aerosolen creëren. Als we UVPE-desinfectie combineren met een gerichte ventilatie, kunnen we volledig schone lucht lokaal gaan inbrengen. Dat biedt mogelijkheden voor bakovens, verpakkingslijnen en koeltorens. Het is ons gelukt om fabrieken op kritische delen volledig vrij van listeria te laten draaien, maar dan moeten er wel strenge en specifieke regels gelden. Ik zie dit in de groente-industrie gebeuren, bij de bakkers en allerlei andere branches. Ik denk dat dit een techniek gaat worden die we overhouden aan de coronacrisis. De crisis wijst ons op de onzichtbare wereld om ons heen. We waren al bezig met schoon gereedschap, water, handen, kleding en oppervlakten. Nu gaan we de aandacht richten op schone lucht, als het ware het laatste puzzelstukje.”

Altijd op de hoogte blijven?