BILTHOVEN - De inname van verzadigd vet is te hoog. Met transvetzuren is het beter gesteld. Slechts 1 tot 5 procent van de bevolking krijgt er te veel van binnen.
De inname van verzadigde vetzuren ligt voor, afhankelijk van de leeftijdsgroep, slechts 8 tot 14 procent onder het maximum van 10 energieprocent. Dat blijkt uit de Voedselconsumptiepeiling van het RIVM, in opdracht van het ministerie van VWS.
De inname van transvet mag volgens de Richtlijnen Goede Voeding maximaal 1 energieprocent zijn. De voedingsmiddelenindustrie heeft zich de afgelopen jaren ingezet om deze kunstmatig geharde vetten te vervangen, onder meer in de Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling. Uit de eindrapportage van de Task Force bleek al dat de situatie flink verbeterd is.
"In de Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling is de afgelopen jaren namelijk hard gewerkt aan de verbetering van de vetzuursamenstelling. De FNLI is blij dat deze resultaten zijn behaald zonder overheidsmaatregelen", stelt de FNLI in een reactie.
Onverzadigde vetzuren
De inname van het meervoudig onverzadigde vetzuur ALA ligt met 0,5 tot 0,7 energieprocent onder de aanbeveling van 1 energieprocent per dag.
Gemiddeld draagt linolzuur voor 5 tot 6 energieprocent bij aan de totale energie-inname. Dat is voldoende gezien de aanbeveling van minimaal 2 energieprocent.
De inname van Omega 3 visvetzuren is veel te laag, constateert de FNLI in een toelichting op de cijfers. Het gemiddelde binnen de leeftijdsgroepen varieert van 48 tot 110 mg per dag met een kleine toename met de leeftijd. De aanbeveling voor visvetzuren ligt echter 450 mg per dag.
Lees ook:
Vitamine-inname vrouwen lager dan mannen (6 oktober 2011)
Deense vettax leidt tot run op winkels (3 oktober 2011)
NVWA: Verantwoord Frituren haalt target níet (12 september 2011)
PLUS komt met magerder vlees (26 augustus 2011)
Kijk in ons nieuwsoverzicht voor:
Alle berichten over vetzuren