Biologisch afbreekbaar plastic breekt snel genoeg af om zonder problemen verwerkt te kunnen worden met het GFT-afval. Dat concluderen onderzoekers van Wageningen University & Research op basis van een onderzoek naar plastic in het Nederlandse GFT-afvalverwerkingsproces.
Verpakkingen van composteerbaar plastic maken wordt aan alle kanten afgeraden. Zo zou het materiaal plastic recyclingstromen kunnen vervuilen als consumenten het verkeerd weggooien (wat een reëel probleem is). Ook afvalverwerkers willen het niet in hun composteerinstallaties omdat het niet snel genoeg zou afbreken. Dat laatste argument hebben Wageningse onderzoekers nu ontkracht. Composteerbare plastics breken veel sneller af dan organisch afval als sinaasappelschillen, zeggen ze.
De onderzoekers voerden een praktijkproef uit bij een van de bedrijven die in Nederland het GFT-afval verwerken. Daar volgden zij een scala aan producten van composteerbaar plastic door het verwerkingsproces. Zo zijn GFT-inzamelzakken, plantenpotten, theezakjes, koffiepads, koffiecapsules en fruitetiketten getest. Na de behandeling van het afval in de composteerreactor, wat zo’n elf dagen in beslag neemt, konden de onderzoekers nauwelijks resten van het composteerbare plastic terugvinden. Zo’n 20 procent van dat afval is op dat moment te gebruiken als compost. De rest bestaat uit langzamer verteerbaar materiaal als takken, papier, schillen en verontreinigingen, en wordt afgezeefd. In die zeeffractie werd zo’n 1 procent plastic aangetroffen dat vrijwel uitsluitend uit conventioneel fossiel plastic bestond, hoewel er ook resten van composteerbare GFT-inzamelzakken werden gevonden. Het uitgezeefde afval wordt in een normaal verwerkingsproces nogmaals het composteerproces in gebracht, zodat ook die laatste composteerbare plastics volledig zullen afbreken.
PLA vs papier
Op basis van alle bevindingen concluderen de onderzoekers dat composteerbare plastics die voldoen aan de Europese norm EN13432 snel genoeg afbreken in de Nederlandse GFT-afvalverwerking. Producten gemaakt van PLA breken zelfs sneller af dan bijvoorbeeld papier en sinaasappelschillen. De conclusie is opvallend, aangezien afvalverwerkers keer op keer zeggen dat ze het materiaal niet in de groenbak willen hebben tenzij het om GFT-zakken gaat. Dat herhaalde minister van milieu Stientje van Veldhoven opnieuw in een antwoord op recente kamervragen. Het lijkt erop dat afvalverwerkers niet zozeer problemen hebben met het materiaal, maar vooral bang zijn dat het promoten van composteerbaar plastic tot verdere verontreiniging met regulier plastic zal leiden. Ook is het zo dat composteerbaar plastic niet binnen het principe van circulariteit past, omdat het geen nuttige stoffen aan de compost toevoegt.
Plastic in het gft
Naast de proeven met composteerbaar plastic voerden de onderzoekers ook een analyse uit op het plastic dat via de consument in het GFT-afval belandt. In de periode februari-maart 2019 werden monsters genomen van de plasticverontreiniging in 16 Nederlandse composteerinstallaties. In totaal analyseerde de WUR 61 kilo aan materiaal. 44 kilo daarvan was fossiel, niet composteerbaar plastic.
Uit de analyse bleek dat een groot deel van de plastic verontreiniging uit flexibel verpakkingsmateriaal (folie) bestaat. Dat verpakkingstype besloeg zo’n 49%, een relatief groot aandeel aangezien folie in het algemeen ongeveer een derde van het huishoudelijk plastic afval uitmaakt. Met name het aandeel flexibel PP was hoog. Het aandeel plastic flessen en flacons was juist relatief laag. Een mogelijke verklaring voor het grote aandeel van flexibel verpakkingsmateriaal is het feit dat vers voedsel relatief vaak in PP-folie wordt verpakt. Mogelijk gooien consumenten die verpakking samen met de resten van het voedsel bij het GFT. Door dit soort relaties tussen verpakkingen en organisch afval belanden ook andere soorten plastic bij het GFT; denk aan plastic bloempotten.