Bijmengen duurzame kip levert milieuwinst

31 januari 2013

Door duurzamere kip in de reguliere keten ‘bij te mengen’ wordt duurzamere kip tegen een lagere meerprijs voor de consument bereikbaar. Kosten worden gespreid over alle producten in het schap en boeren kunnen zo duurzaamheid geleidelijk invoeren zonder grote investeringsdrempel of afzetrisico. Dat is één van de conclusies van de Nationale DenkTank.

21 academici zochten gedurende vier maanden naar duurzame oplossingen in de voedselketen, van boer tot voedselindustrie tot consument, en van afvalstroom tot nieuwe grondstof. Ze concluderen dat duurzaam voedsel de standaard kan worden. Het eindrapport, met 24 oplossingen voor verduurzaming van de voedselketen, werd in december aangeboden aan Hans Clevers, president van de Koninklijke Akademie der Wetenschappen (KNAW), Cees ‘t Hart, CEO van Friesland- Campina, en Bertholt Leeftink, directeur generaal Bedrijfsleven en Innovatie van het ministerie van Economische Zaken, namens wetenschap, bedrijfsleven en overheid. De DenkTank doet in het rapport aanbevelingen aan deze drie pijlers.

Bijmengprincipe

Biologische kip is momenteel zo’n vier keer duurder dan reguliere kip. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door het in stand houden van een kostbare, aparte logistieke keten. Door duurzamere kip, die beter is voor mens, dier en milieu, in de reguliere keten ‘bij te mengen’ met regulier kippenvlees kan tot 90 procent van de meerprijs van huidige duurzame producten worden voorkomen en wordt duurzamere kip tegen een lagere meerprijs bereikbaar voor de consument. De kosten worden gespreid over alle producten in het schap en boeren kunnen zo duurzaamheid geleidelijk invoeren zonder grote investeringsdrempel. Boeren die duurzame producten leveren, krijgen op deze manier bovendien een afzetgarantie.

Het aandeel van de duurzame, bijgemengde kip wordt stap voor stap groter. De eerste berekeningen van de DenkTank laten zien dat op deze manier het kippenvleesaanbod in supermarkten in 2020 volledig duurzaam kan zijn, met een prijsstijging die voor grote groepen consumenten acceptabel is. De prijsstijging wordt dan 10 tot 15 procent in plaats van 25 tot 400 procent, zoals nu het geval is bij duurzame kippenvleesalternatieven. Consumenten die daar prijs op stellen, kunnen blijven kiezen voor duurzame alternatieven.

Om het een succes te laten worden, dient de overheid bij het opstellen van concreet haalbare doelen, een minimale bijmenging verplicht te stellen als bepaalde ketenpartijen achterlopen bij de doelstellingen van de keten. Het bedrijfsleven moet ketenbreed haalbare afspraken maken over de mate van duurzaamheid, de wijze van bijmenging en de snelheid daarvan. De wetenschap kan op haar beurt juist buiten de huidige productieconcepten integrale duurzame oplossingen zoeken. Bijmengen maakt het mogelijk om radicale innovaties stapsgewijs in te voeren. Volgens de DenkTank is het bijmengprincipe naast vlees ook toe te passen met groenten, fruit en melk.

biologische-kip-300x225 Biologische kip is flink duurder dan reguliere kip.

Voedselpaspoort

Een andere concrete oplossing is het Voedselpaspoort. Daarin wordt product- en procesinformatie digitaal opgeslagen, zodat verwerkende schakels in de voedselketen in staat zijn de herkomst en de milieudruk van ingrediënten te achterhalen. Het voedselpaspoort, met indicatoren als watergebruik, landgebruik en CO2, zou moeten worden aangemaakt door de boer en elke schakel daarna moet de informatie aanvullen. Zo wordt de voedselketen inzichtelijker en kunnen producenten in iedere schakel zien wat de milieu-impact van hun handelen is en daar hun beleid op afstemmen. Als consumenten meer over de juiste informatie beschikken, kunnen ze duurzamere keuzes maken.

In het eindrapport wordt het voorbeeld gegeven van een tomaat van de Spaanse vollegrond en uit de Nederlandse kas. In Nederland is meer energie nodig voor het verwarmen van de kas, maar is het waterverbruik en het energieverbruik bij transport laag. Bij de productie in Spanje hoeft er geen kas te worden verwarmd, maar is weer meer water nodig en is het energieverbruik voor transport hoog. “Ketenpartijen missen vaak deze cruci- ale informatie, die ze nodig hebben om een duurzame keuze te kunnen maken. Dit is vooral een probleem voor schakels die te maken hebben met veel verschillende ingrediënten, zoals samenstellers van pizza’s, maaltijdsalades en koekjesfabrikanten”, aldus het rapport.

“Deze schakels weten niet bij welke boer de ingrediënten geteeld of geproduceerd zijn. Dat betekent ook dat de productiemethode voor de ketenpartij onbekend is, terwijl deze juist in grote mate de duurzaamheidsimpact van een ingrediënt bepaalt.” Met het voedselpaspoort kunnen producenten in de keten zich onderscheiden zonder te voldoen aan een certificaat. Grote bedrijven moeten het voortouw nemen om de informatie over productiemethoden en de duurzaamheidsimpact van leveranciers te delen. De DenkTank adviseert de overheid om na implementatie van het voedselpaspoort door de grote ketenschakels targets in te stellen voor hele ketens. De wetenschap dient te zorgen voor consensus over het berekenen van de duurzaamheidsimpact op de indicatoren, zoals al bestaat over watergebruik en CO2-uitstoot.

biologisch-ei-300x225Broodwinners

Om voedselverspilling te voorkomen, introduceert de DenkTank het idee voor een workshop Broodwinners voor bakkerijen. Ongeveer 10 procent van de geproduceerde broden wordt niet verkocht en wordt veelal gebruikt als veevoer. Door het dagoude brood te verwerken in nieuw brood kan minstens 5 procent van de grondstoffen (onder andere meel) worden bespaard. Volgens de Denk- Tank wordt de benodigde energie voor de productie van een brood drie procent lager. Dat betekent wel dat supermarkten het brood gescheiden uit de schappen moeten halen.

De DenkTank stelt dat het herbewerken van oud brood tot nieuw brood een eenvoudig proces is. Zowel gesneden als ongesneden brood gaat in een spiraalkneder, waarna water wordt toegevoegd en een broodherverwerkingsmiddel. Het mengsel moet in afgesloten emmers of bakken twaalf uur staan om een desem te worden. Daarna kan het desem worden toegevoegd aan het normale wit, tarwe-, of volkorendeeg. Het toevoegen van oud brood heeft bij de juiste verhoudingen minimale invloed op de smaak.

Uit berekeningen blijkt dat een bakkerij die duizend ton bloem per jaar gebruikt ongeveer 13.000 euro kan besparen. Daar staat wel tegenover dat voor het verwerken van het oude brood het arbeidsloon met zo’n duizend euro per jaar stijgt. Bovendien is er een eventuele investering voor een kneder.

Openbaarmaking reststromen

De DenkTank heeft vastgesteld dat bedrijven vaak niet weten hoeveel reststromen ze produceren en zich daarom ook niet inzetten om die stroom te reduceren of beter te benutten. De DenkTank wil daarom dat er een wet komt om bedrijven te verplichten daar inzicht in te geven: de Wet Openbaarheid ReSTstromen (WORST). Bedrijven zullen dan gaan concurreren op reductie van de reststromen. Meer informatie is te vinden op: www.nationale-denktank.nl.[kader]

Oplossingen

De Nationale DenkTank presenteerde 24 oplossingen, die werden samengevat in acht aanbevelingen. Daarbij werd steeds de nadruk gelegd op één van de volgende groepen: de boer, de verwerker, de supermarkt en de consument.

Boer

  • Verduurzaming rendabel maken
  • Ander veevoer gebruiken

Verwerker

  • Transparantie verhogen
  • Reststromen benutten

Supermarkt

- Duurzame keuzes stimuleren

Consument

  • Leren waarderen
  • Minder verspillen
  • Kringloop sluiten[/kader]

Altijd op de hoogte blijven?