Ondanks alle keurmerken zijn de arbeidsomstandigheden op veel plantages in Azië, Afrika en Zuid-Amerika nog steeds onder de maat. Volgens onderzoek van Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) verschillen de arbeidsomstandigheden van plantages met keurmerk vaak weinig van soortgelijke plantages zonder keurmerk.
Weinig verschil
Het rapport ‘Looking good on paper’ van SOMO laat zien dat de arbeidsomstandigheden op veel boerderijen en plantages met een duurzaamheidskeurmerk nog steeds ondermaats zijn. Zo verdienen de werknemers geen leefbaar loon, werken ze onder ongezonde en onveilige arbeidsomstandigheden en worden ze belemmerd bij het opkomen voor hun rechten. Volgens SOMO zorgt certificering vaak maar voor zeer geringe verbeteringen in de omstandigheden voor werknemers.
De schending van de rechten van boeren en arbeiders is volgens SOMO niet incidenteel maar systematisch, ook bij bedrijven die zijn gecertificeerd. Ondertussen blijft het bewijs dat initiatieven zoals Fairtrade en Rainforest Alliance de omstandigheden voor landarbeiders verbeteren nog steeds erg mager. Onlangs ondervond Albert Heijn de pijnlijke gevolgen hiervan bij het transparant maken van hun sinaasappelketen. Op een van de plantages met het Rainforest Alliance keurmerk bleken de arbeidsomstandigheden slecht te zijn.
Het onderzoek
SOMO bestudeerde berichtgeving en onderzoek over de effectiviteit van keurmerken bij het zorgen voor internationaal geaccepteerde normen voor arbeidsomstandigheden op grootschalige landbouwbedrijven. De analyse richtte zich op informatie uit de periode 2014-2017, waaronder door SOMO uitgevoerd veldonderzoek uit 2015 in Peru en Colombia. Het onderzoek bouwt daarbij voort op de bevindingen, aanpak en methodologie van het SOMO-rapport ‘Goodness Guaranteed’ uit 2015 met hetzelfde onderwerp.