De sla die wij tegenwoordig eten, stamt af van wilde plantjes die 6.000 jaar geleden in de Kaukasus groeiden.
Onderzoekers van Wageningen University & Research hebben samen met het Chinese BGI het DNA van 445 slasoorten geanalyseerd. Hieruit blijkt dat alle sla die wij tegenwoordig eten, van eikenbladsla tot ijsbergsla, afstamt van het zaad van wilde plantjes, die 6.000 jaar geleden in de Kaukasus werden aangepast, zodat er olie uit het zaad van deze plantjes kon worden gewonnen. De oude Grieken en Romeinen veredelden de plantjes vervolgens om ze als bladgroente te consumeren.
De ‘eerste’ sla was dus alleen geschikt om olie uit de zaden te winnen en had nog doorns op de bladeren. Pas nadat de oude Grieken en Romeinen de plantjes verder hadden veredeld, was deze geschikt om als bladgroente te gebruiken. En vanuit de Kaukasus veroverde de plant vervolgens de hele wereld.
Voor hun analyse gebruikten de Nederlandse en Chinese onderzoekers het Centrum voor Genetische Bronnen, Nederland (CGN), de Wageningse genenbank die een collectie van 2.500 slasoorten beheert. Dat is de grootste, meest complete en best gedocumenteerde slacollectie ter wereld. Het is de bedoeling om van alle 2.500 soorten het DNA te analyseren, maar de analyse van de eerste 445 soorten heeft nu al tot een publicatie in Nature Genetics geleid.
Lees verder onder de afbeelding
Verschillende soorten sla over de hele wereld (Copyright: WUR)
De studie toont aan hoeveel informatie er uit de DNA-gegevens van een genenbankcollectie kan worden gehaald, zo stellen Rob van Treuren en Theo van Hintum, twee van de betrokken WUR-onderzoekers. Op deze manier zijn er volgens hen verborgen eigenschappen in duizenden rassen en wilde populaties van gewassen op te sporen. “We hebben daarmee de sleutel tot een enorme schatkamer in handen gekregen. Stel je bijvoorbeeld voor dat onderzoek laat zien dat bepaalde genen belangrijk zijn voor weerstand tegen droogte of een bepaalde ziekte. Dan kun je vervolgens in de DNA-data op zoek naar gewassoorten die genen hebben die er sprekend op lijken en met die soorten veel sneller en effectiever dan tot nu toe mogelijk is gaan veredelen.”